Eerste dagtrip via Kristianstad, Bäckaskog etc.

DINSDAG 24 SEPTEMBER
DAGTRIP
KRISTIANSAND-BACKASKOG-IVÖSJÖN-ÅSNEN MEER

Kristiansand

Vandaag staat de eerste dagtrip op het programma die ik thuis via de tips uit de brochures en op de computer had uitgestippeld. We starten rond 8.15 uur de auto en gaan op weg naar Kristiansand. Deze stad is door Deense koning Christian IV in 1614 gesticht na het afbranden van de stad Vä. Het grappige is dat er een nederlandse aandeel aan deze stad verbonden is. Hij werd namelijk door drie nederlandse ingenieurs aangelegd. De namen zal ik jullie besparen. Een hotel in een historisch pand tegenover het station draagt zijn naam (Christian IV). Wij hebben onze auto naast een plein geparkeerd waar ze een gebouw druk aan het renoveren zijn. De bestrating wordt gelijk- tijdig onder handen genomen. Verder staan er nog een aantal mooie historische gebouwen aan het plein, waarvan een er kanonnen voor de deur heeft staan. Iets verder torent de bakstenen “Helige Trefaldighetskyrkan” in typische deense renaissance- stijl boven alles uit. Hij gaat pas om 10.00 uur open en wij zijn er al om 09.30 uur. Dan maar naar de overkant het fraaie historische stationsgebouw bekijken. Die zijn ze aan de voorkant nog aan het restaureren. De halve straat richting het Theater ligt nog open. Stratemakers zijn volop bezig dit op authentieke wijze te bestraten. Bussen van Skanetrafik rijden af en aan. Wij lopen langs het eerder genoemde hotel Christian IV naar een van de winkelstraten. De Storgatan past evenals het marktplein “Cardellsgatan” en de andere winkelstraat in het historisch gezicht van deze buurt, waarvan de winkels veelal zijn gevestigd in monumentale panden. Ook de straatjes zijn ook hier weer authentiek bestraat. Een heel leuk centrum, zeker als alle werkzaamheden voltooid zijin ademt het een gezellige sfeer uit.

Trolle Ljungby Slot en Kjugekull Natuurpark

Onderweg naar Trolle Ljungby komen we langs het plaatsje Rinkaby. Hier moet een vliegtuig
in het dorp staan. Dit blijkt inderdaad het geval te zijn. Niet van een verzamelaar, maar hij
staat op een militaircomplex tussen de gebouwen in. Foto genomen en naar het volgende doel
op ons programma. Slot Trolle Ljungby is een heel mooi exemplaar die in het gidsje als landhuis wordt genoemd. Op dit landgoed is er een landbouw- en veeteeltbedrijf met varkens en koeien, wildslachterij, een smederij en het is gespecialiseerd in mediterrane planten. Daarnaast verhuurd het een aantal vakantiehuizen. Het kasteel wordt bewoond en daardoor niet te bezichtigen. Om dit mooie slot te kunnen blijven onderhouden moeten er wel inkomsten tegenover staan.

Voordat het volgende “Slot” zich aandient, rijden we eerst de parkeerplaats van het “Kjugekull Natuurpark” op. Een toegangsweg leidt ons naar het infocentrum en een gesloten restaurant. We gaan het park in en volgen de gezamelijke routekleuren blauw, rood en geel. Bij de splitsing buigt geel af naar rechts, die wij niet gaan volgen. Ondertussen lopen wij al tussen de keien door op de blauw/rode route. Sommige keien zijn meer dan manshoog,
2 tot 3 meter schat ik. We banen ons bij de splitsing van de rode en blauwe route naar het
hoogste punt op de blauwe route. Daar hebben we een mooi uitzicht op Ivösjön. Jullie weten
het nog? Sjön is vertaald in het Nederlands, meer. We gaan een stukje terug en volgen de rode
route die ons laat afdalen over en tussen de keien door naar het niveau van het meer. Helaas
gaan we ook weer omhoog en moeten soms een stukje klauteren over de keien.We komen ook
een paar hele mooie paddestoelen tijdens onze route tegen. Nadat we wederom een stukje zijn gedaald komen we bij de gele route uit die ons weer naar het eindpunt brengt. Het parkeer- terrein is nu vrijwel leeg. Toen wij aankwamen stond hij vrij vol. De goed onderhouden blauwe oldtimer Volvo, voor de kenners een model katterug ( waar ik natuurlijk een foto van moest schieten) staat nog wel op het parkeerterrein.


Bäckaskog Slot, Ivösjön en het eiland Ivö.

Het volgende Slot laat zich Bäckaskog noemen. Het blijkt een hotel te zijn waar je tegen een aardige prijs een kamer kunt boeken. We zetten de auto weer keurig op de parkeerplaats en lopen door de poort het binnenterrein op. Daar staan naast het grasveld wat wordt gemaaid door een zichzelf regelende grasmaai(robot)machine,van die kleine kannonnetjes op een rij. Het houten bruggetje over een vrijwel droog slootje, brengt ons door een volgend poortje naar de kasteeltuinen. Naast een tuintje waar van alles wordt gekweekt, groente, planten en bloemen, staan er ook bijgebouwen. Daarvoor een grasveld met diverse bloemen- en struikenperkjes. Het wordt er in ieder geval keurig onderhouden. Tussen de meren Oppmannasjön en Ivösjön rijden we naar de veerboot die ons naar het eiland Ivö moet gaan varen. Hij ligt aan de overkant maar we hoeven niet al te lang te wachten. Eenmaal op het eiland rijden wij over smalle wegen met in het begin veel typische zweedse rode huisjes, later overgaand in veel bos aan weerszijde. Aan het eind komen we aan bij “Ivö klack”. Dat is een kleine ven aan een hoge kalkstenen heuvel. Vanaf het pad boven op de heuvel heb je een mooi uitzicht, waarbij we ook nog uitzien op het Ivösjön. We volgen het pad naar beneden waar een gefortuneerde zweed een heel mooi optrekje aan de rand van het meer heeft. Uiteraard afgesloten met een hek voor bezoekers van Ivö Klack. Wij lopen iets door naar links, waarbij op een uitsparing van keien het meer overkijken. Het wordt tijd om de auto weer op te zoeken en gaan de weg terug over het eiland tot de splitsing waar wij eenkwamen. Daar nemen wij de andere weg tot aan het andere eind van het niet al te grote eiland. Er moest iets aparts zijn volgens de borden en het informatiebord. In onze ogen leek het een half in de grond gelegen schapenonderkomen. Niet eens het nemen van een foto waard. Snel de weg terug naar de ferry. Op de camping gelegen naast de ferry vertrek en aankomstplaats, stonden nog wat caravans en een enkele camper. Hoewel het weer over het algemeen zonnig is de laatste dagen, lijkt het mij niet echt warm meer om te kamperen. Overgezet door de ferry, vervolgen wij onze weg langs het meer richting Vanga.

Immeln en Äsnenmeer


Na Arkelstorp moet onze route naar Immeln leiden. Hoewel mijn gevoel zei dat ik niet op
de goede route zit, blijkt dit later toch het geval te zijn. Ik dacht al veel eerder het Immeln-meer in het vizier te krijgen, maar na een tiental kilometers brengt navigatiemiep mij zekerheid. We rijden op een gegeven moment over een heel smal weggetje die ons naar
her en der verspreid liggende rode zweedse huisjes brengt. Dit blijkt het plaatsje Immeln te zijn. Na dit gehucht komen we inderdaad bij het gelijknamige meer uit. In het begin van de route vangen we een paar keer een blik op van dit grote meer, maar meest van de tijd rijden we kilometerslang door de bossen heen. Vlakbij na Immeln zien we in het meer op grote keien, watervogels heerlijk van de zon te genieten. Iets verderop in het bos zien we koeien
met grote horens tussen bomen grazen. Lönsboda is de eerstvolgende grote plaats die wij
benutten om de auto van de nodige sap te voorzien. We hebben nog wel voor ruim 100 kilometer in de tank zitten, maar met die afstanden hier en tankstations die niet al te dik
gezaaid zijn, geen risico nemen. De pomp geeft ons maar een halve tank vol. Zou de pomp leeg zijn? Of krijg ik niet meer op mijn creditcard? Bij het volgende tankstation maar eens
opnieuw proberen. In Ryd krijgen we een herkansing. Inmiddels is het behoorlijk gaan regenen. Het blijft gelukkig bij een fikse bui en ik sta hier droog onder het tankstation.
De auto kan hier volgetankt worden en zo kunnen we weer op stap. De regenbui is weer op-
gehouden. Ik vergeet nog te vermelden dat toen wij op deze plaats kwamen aanrijden, ge-
trakteerd werden op een dubbele mooie platte regenboog, in de vorm van een halve cirkel.
Daarna scheen de zon weer volop. Bij het plaatsje Blidingsholm lag een oude stenen brug uit het Vikingtijdperk. We zijn daar even gestopt en ik ben er even over heengelopen en heb van de mooie rivier en omgeving, als de brug een foto geschoten. In het gras bij een boom zagen
we twee rode paddestoelen met witte stippen staan. Dat moest natuurlijk ook even vastgelegd worden. Bij de plaats Urshult slaan we linksaf richting Sirkön. Deze weg voert ons door het wijdvertakte grote meer Äsnen heen. Voordat we Sirkön bereiken leidt de weg ons weer door kilometers lange bossen met zijwegen naar natuurparken. Wat ons betreft is het een groot natuurpark, onderbroken door de veelal rode zweedse huisjes/huizen. Bij Sirkön ontmoeten de
gedeeltes van het Äsnenmeer elkaar. Bij de brug waar we overheen moeten hebben we een
paar plaatjes geschoten. Hierna volgde een tientallen kilometers lange weg door hoe kan het
ook anders bosrijk gebied heen. Hoewel de elanden zich niet laten zien in dit gedeelte van Småland, is het absoluut geen straf om er doorheen te rijden. Bij Huseby nemen we wegnr.23
richting Bjärnum. Bij Almhult komen we de eerste Ikea tegen. Wij gaan echter door en we
besluiten om in de buurt bij Hässleholm naar de McDonalds te gaan. Het loopt inmiddels tegen 18.30 uur en we krijgen trek in wat. Daarna snel naar huis en lekker uitrusten.
Morgen gaan we heel weinig doen, zo gezegd een rustdag.